Stoppen

Ooit, eens, toen. Langer dan lang geleden heb ik een serieuze poging ondernomen, maar dat was nu niet bepaald succesvol te noemen. Integendeel. En alhoewel de werpster-industrie buitengewoon geïnteresseerd bleek te zijn in de bereidingswijze, besloot ik toch maar om never nooit meer zelf koekjes te gaan bakken. Je hebt het of je hebt niet en ik val overduidelijk in die laatste categorie.

1240

De koek was niet te vreten en de keuken zag eruit alsof er een veldslag in plaats had gevonden. En feitelijk bezien was dat eigenlijk ook wel zo. Leunend tegen de deurpost overzag ik the killing fields van een ongelijke, alsmede reeds op voorhand verloren, strijd tussen Rob J. enerzijds en de genadeloze aspecten tijd, timing en geduld anderzijds. Het beslag zat nog net niet tegen het plafond, maar op al het overige – inclusief raam – had het zijn sporen overduidelijk achtergelaten.

En speelde er wellicht ergens diep van binnen – ergens ver achter de grenzen van het onderbewustzijn – nog een klein beetje lef met de gedachte het toch nog eens te gaan proberen, doch bij het zien van hoe een klodder beslag via de nog behoorlijk na-rokende oven op de keukenvloer plofte, wist ik het zeker…..dit mag absoluut geen vervolg krijgen. Waarna de gestorven banketbakker in mij, middels een diepe ademhaling aan mij ontsteeg en via het geopende bovenlicht – onder de keiharde klanken van Procal Harums’ “A Whiter Shade of Pale” – verzwolgen door de wind in het absolute niets verdween. Vaya con dios, probeer het eens een paar huizen verder, wuifde ik hem na en zette vervolgens de balkondeur open om ook the living van zijn nevelachtige zweem mijner bakkerskunsten te doen verlossen.

Toegegeven, na slechts één poging meteen alweer opgeven getuigt nu niet bepaald van doorzettingsvermogen, maar iedereen heeft wel iets waarvan zij/hij al na die ene eerste keer absoluut zeker weet of het een blijvertje is of niet. ‘k Had ‘t ook na mijn eerste spruitje, mijn allereerste schooluurtje, eerste huwelijk, eerste dag in loondienst en mijn eerste schaatsles, alsmede na tien seconden Robert Jensen, tien minuten Youp van ‘t Hek en één keer nummertje 34 van de toenmalige chinees bij mij om de hoek. Kortom, speltip nummertje negen, weten wanneer je moet stoppen. Ik zal echter niet ontkennen dat ik daar niet altijd gehoor aan weet te geven, zeker niet als het om het halen van mijn persoonlijk gelijk gaat, maar over het algemeen genomen onderneem ik niets tegen eigen beter weten in.

Ook niet toen mij gevraagd werd een bijdrage te willen leveren aan de Mjam. Integendeel. Heb weliswaar bitter weinig affiniteit met taarten en het decoreren daarvan, maar er lag genoeg inspiratie op de plank om het eerste jaar gevarieerd mee door te komen en stapte derhalve spontaan, alsmede vol overgave, in het zoete ambachtelijke wereldje van geboetseerd marsepein, chocolade, glacé en een toefje slagroom. Maar de plank is leeg. Wat rest is een handjevol vergeten kruimels, aangebroken pakjes ingrediënten met een beetje van dit en wat minder van dat, een bodempje beslag en een aangekoekte bakplaat. Een ieder van jullie zou er ongetwijfeld nog iets verrukkelijks van weten te maken, maar ik zou er toch echt niet iets origineel´s van weten te bakken. Althans, niet iets wat in verhouding zou staan tot de kwaliteit die verwacht mag worden. Zou een bij elkaar geraapt mengelmoesje worden van evenwichtsloze ingrediënten, een herhalingsrecept dat de houdbaarheiddatum al mijlenver achter zich zou hebben gelaten en dat kan toch never nooit het doel zijn waarnaar we streven…toch?

Heb ik dan helemaal niets meer op de plank liggen? Tuurlijk wel. Schappen vol, uitpuilende bakken met ingrediënten van all over the world en een dik receptenboek over alles wat groeit, bloeit en ons dagelijks weer boeit. Huis, tuin en keukenverhalen, ontsproten aan de keukentafel des levens, die ik graag met jullie wil delen, maar dan niet tijdens het decoreren, maar op het moment dat ieders zinnen even verzet dienen te worden. Een break tussen alle bezigheden door, gelijk het bijbehorende glaasje rosé en/of kopje koffie als je even dat moment voor jezelf pakt en in afwachting van de vereiste wachttijden een beetje voor het vaderland weg gaat zitten te googlen naar van alles en hoofdzakelijk niets.

Je kijkt eens hier, je kijkt eens daar en als vanzelfsprekend neem je ook even een kijkje bij MjamTaart! digitaal en schuif je meteen even bij mij aan voor een momentje spontane filosofie van de koude keukenvloer.

En wat deze prominente plek in het magazine betreft, die zal absoluut op zeker niet onbeschreven blijven, maar over de exacte invulling daarvan ga ik nog niets vertellen, dat bewaren we voor het volgende nummer.

Mooie zomer toegewenst.